SV | Toen deed Hij de overgeblevenen heersen over de heerlijken [onder] het volk; de HEERE doet mij heersen over de geweldigen. |
WLC | אָ֚ז יְרַ֣ד שָׂרִ֔יד לְאַדִּירִ֖ים עָ֑ם יְהוָ֕ה יְרַד־לִ֖י בַּגִּבֹּורִֽים׃ |
Trans. | ’āz yəraḏ śārîḏ lə’adîrîm ‘ām JHWH yəraḏ-lî bagibwōrîm: |
Toen deed Hij de overgeblevenen heersen over de heerlijken [onder] het volk; de HEERE doet mij heersen over de geweldigen.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
Toen deed Hij de overgeblevenen heersen over de heerlijken [onder] het volk; de HEERE doet mij heersen over de geweldigen.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!